Bladerend door het boek “The Learnscape” valt meteen op dat Katja Schipperheijn niet enkel wil inspireren, maar ook actie wil zien. Met haar vlotte schrijfstijl, haar visionaire aanpak en veelvuldige praktische tips, slaagt ze daar voor mij in. Op het einde van het boek ben ik geïnspireerd om zelf te bekijken hoe mijn organisatie zou kunnen evolueren naar een Learnscape. Ik neem even drie stappen terug en vertel waarom.
Auteur:
Laura Kerschot
Katja Schipperheijns expertisegebied richt zich op de interactie van mens en technologie om duurzame groei te realiseren op basis van betrokkenheid en welzijn. Ik keek ernaar uit om dit boek te lezen, omdat ik naar mijn ervaring in L&D te weinig een langetermijnvisie tegenkom over tools die het leren ondersteunen en promoten. Laat dat nu net zijn wat Katja beoogt met haar droom om Learnscapes te zien groeien. Meer dan in een “eenvoudige” lerende organisatie, zijn in een Learnscape de leertechnieken afgestemd op een voortdurende interactie met de wereld daarbuiten. Mens en technologie vallen daarbij niet meer te scheiden.
Leren tijdens een pandemie
Het boek werd geschreven tijdens de pandemie en maakt daarbij handig gebruik van de voorbeelden, de do’s en dont’s die we tijdens deze periode tegenkomen op het vlak van leren. Ik geloof dat de auteur net zoals ik teleurgesteld is nu we stilaan terugkeren naar een ‘nieuw normaal’. Toen we massaal gingen thuiswerken, zaten we in een momentum waarvan ik verwachtte dat bedrijven dieper gingen nadenken over het inzetten van leertechnologie. Ik heb vandaag nog niet het gevoel dat we tot duurzame doorbraken zijn gekomen. Wat eerder het geval leek, was dat velen haastig allerlei webinars opzetten, e-learning verheerlijkten en daarbij interactie en sociaal leren totaal uit het oog verloren. Dat is net waar de beschrijving van een Learnscape mij doet dromen over een andere manier van werken en leren in organisaties. Een one fits all-oplossing bestaat uiteraard niet, maar in het boek krijg je inspiratie en handvaten om zelf een Learnscape op te zetten die mensen centraal zet, experten binnen en buiten de organisatie verbindt, en zo kennis doet stromen doorheen de organisatie.
Het boek
Maar wat betekent dat nu concreet, zo’n Learnscape? Gedurende de eerste twee hoofdstukken van het boek zat ik me dat regelmatig af te vragen. Voor mij mochten die gerust bondiger zijn. Deze twee hoofdstukken geven achtergrond over leren in organisaties, wat voor de gemiddelde L&D medewerker basiskennis is. Dit boek richt zich niet alleen tot L&D experten, maar tot iedereen die werk wil maken van leren. Ik begrijp de goede bedoeling om concepten zoals Growth Mindset of leerstrategieën uit te leggen, maar de hoofdstukken missen naar mijn gevoel hun doel. Ze zijn te langdradig voor mij als L&D’er en ik vrees te weinig concreet voor een niet-L&D’er. Het zijn hoofdstukken 3 en 4 waarin het boek me plots meenam en ik het nog moeilijk kon wegleggen.
De Learnscape
Katja’s Learning Maturity Model is een eyeopener voor mij, het beschrijft in hoeverre een organisatie omgaat met beschikbare informatie/expertise en leren. Lees zeker het boek om een duidelijker beeld te krijgen van jouw organisatie en welke maturiteit daarin te onderscheiden valt: gaat het over Data Repository, Broadcast of News, Interactive Communication, Social Collaboration of de Learnscape? In hoofdstuk 3 begrijp ik eindelijk wat een Learnscape is: een organisatie waarin kennis wordt doorgegeven los van hiërarchie of teams, vergemakkelijkt door intelligente samenwerking tussen mens & machine. Op die manier zouden medewerkers en het bedrijf zelf zoveel mogelijk kunnen groeien. In dit hoofdstuk gaat het ook over randvoorwaarden die nodig zijn om een Learnscape te bouwen. Daarbij raakt de auteur concepten aan zoals lean leren, een “forever frontier” van leren, het loskomen van silo’s en vertrouwen tussen medewerkers. In hoofdstuk 4 wordt het pas echt praktisch. We krijgen een overzicht van vijf stappen die nodig zijn voor continue verbetering en een collaboratieve leercultuur. Een stappenplan dat zowel praktisch als ambitieus is. We krijgen eveneens tips om een Learnscape-team samen te stellen, worden geconfronteerd met het feit dat een ambitieuze omwenteling van de leercultuur samenhangt met de profielen die we aannemen, de leiders van onze organisatie én de mate waarin we durven te verkennen en te dromen.
Ten slotte
Katja’s terugkerende aandacht voor de waarom-vraag doet mijzelf reflecteren over het leren in mijn organisatie, met name over de tools die we gebruiken voor leren. Ze haalt dan ook terecht aan dat we als L&D vaak starten vanuit het aanbod van de markt, eerder dan te vertrekken uit onze toekomstvisie op leren (vb. sociaal leren, leren op het moment van nood, microlearning, …). Weinig L&D experten zijn ook IT’ers, waardoor we soms verblind worden door aanbieders die hun tool presenteren als dé oplossing. Uit het boek onthoud ik dat die ideale tool niet bestaat en dat een Learnscape enkel kan bloeien als meerdere geïntegreerde tools inspelen op de verschillende noden. Een hechte samenwerking met de IT-dienst is daarbij ongelofelijk waardevol. Ook uit een samenwerking met Marketing, vaak specialisten in het beïnvloeden van gedrag, kan de L&D afdeling veel leren: hoe komen we tot een aantrekkelijke, simpele manier van leren en informatie doorgeven? Het boek “The Learnscape” is daar alleszins een prima voorbeeld van. Het boek is goed geschreven, geeft stof tot nadenken en wekt bij mij zin op om leren in bedrijven anders te bekijken en organiseren.
The Learnscape. Leren als zuurstof voor de wendbare organisatie - Katja Schipperheijn