De (on)welzijnseffecten van een kantoorhond op de werkvloer

27 februari 2024 in
De (on)welzijnseffecten van een kantoorhond op de werkvloer
VOV Lerend Netwerk
| Nog geen reacties

Zorgt de aanwezigheid van een huisdier op de werkvloer écht voor een hogere betrokkenheid en een grotere tevredenheid van medewerkers? Worden diervriendelijke organisaties a priori gepercipieerd als organisaties die begaan zijn met het welzijn van hun medewerkers? En welke (voorbereidende) elementen zijn belangrijk bij de integratie van een hond als collega op de werkvloer? VOV nam deel aan het onderzoek van Nathalie De Regge in het kader van haar opleiding tot preventieadviseur psychosociale aspecten en mocht de resultaten van dat eindwerk publiceren op de website!

Huisdieren maken een steeds belangrijker deel uit van de samenleving. Het fenomeen kantoorhond is intussen ook een tiental jaren gekend in Europa. Dat schrijft Nathalie De Regge (preventieadviseur psychosociale aspecten bij Groep IDEWE) in haar paper over de welzijnseffecten van een kantoorhond op de werkplek. Ook bij VOV loopt er maximum drie dagen per week eentje rond. Daarom namen we graag deel aan het onderzoek van Nathalie.

Want een kantoorhond is leuk, maar brengt ook uitdagingen met zich mee. Voor team VOV is hij ondertussen onmisbaar geworden, ook al blaft hij een keertje tijdens meetings en moet je opletten waar je je voeten neerzet op kantoor. Latte (de kantoorhond) is immers nog jong en wordt graag betrokken bij de bezigheden van het team. Voor VOV was het toelaten van een kantoorhond een vanzelfsprekendheid: we zijn een kleine, informele netwerkorganisatie waar een huislijke sfeer heerst onder de collega's, die geen angst of allergieën hebben voor huisdieren.

Net zoals VOV denken vandaag de dag meer en meer organisaties na over het verwelkomen van een furry friend op de werkvloer. Dit met de intentie om de huiselijke sfeer van de organisatie te stimuleren, het willen inzetten op een aantrekkelijk, open-minded imago van de organisatie en/of het willen werken aan het welzijn van medewerkers.

(On)welzijnseffecten van een kantoorhond

Maar zijn de effecten van een kantoorhond weldegelijk positief? De eerste vaststelling van Nathalie in haar paper is dat er nog weinig wetenschappelijk onderzoek gebeurde naar deze (on)welzijnseffecten van de kantoorhond. De literatuur hieromtrent is bijgevolg nog relatief schaars en dateert voornamelijk van de laatste jaren. 

Het onderzoek dat gebeurde is vaak eerder kleinschalig, waarbij het zuivere effect van de aanwezigheid van een kantoorhond moeilijk uit te filteren is. Positief is echter wel het gegeven dat dit thema meer en meer aandacht krijgt vanuit de onderzoekswereld en dat er geleidelijk aan onderzoekbudgetten voor worden vrijgemaakt.

Bovendien tonen onderzoeken zoals dat van Nathalie aan dat de effecten van een hond  op kantoor niet uitgesproken positief zijn. Zelfs als er met de belangrijke randvoorwaarden wordt rekening gehouden, zal het effect van een kantoorhond op het welzijn van medewerkers sterk afhangen van de voorliefde die elke medewerker heeft voor dieren, van de overtuigingen van elkeen over de meerwaarde (of niet) van een hond op de werkvloer en van de mate waarin elke medewerker er actief voor openstaat om deze potentiële welzijnseffecten toe te laten. Er speelt dus een niet-onbelangrijke subjectieve component mee.

Belangrijke randvoorwaarden en succesvolle integratie

Toch een hond als collega? Niet elke organisatie zal met succes een hond op de werkvloer integreren, schreef Nathalie in haar paper. De cultuur, het DNA van de organisatie speelt hierin een erg belangrijke rol. Een kader met criteria, randvoorwaarden en/of afspraken dringt zich dan ook op. Dit met als doel zowel het welzijn van de medewerkers als van de hond te garanderen in hun samenwerking.

Nathalie beschreef in haar paper een aantal belangrijke organisatiecultuur-elementen die de integratie en acceptatie van een hond op de werkvloer positief beïnvloeden:

  • Medewerkers dienen voldoende job-autonomie te kennen zodat het bijvoorbeeld voor  hen mogelijk is om met de hond buiten te gaan wanneer nodig en/of zich in een aparte ruimte te zetten zonder hond, wanneer dit voor hen comfortabeler voelt of hun concentratie bevordert.  
  • De organisatie kent een open en respectvolle communicatiecultuur. Wanneer  medewerkers ‘last’ ondervinden van een hond op kantoor (lawaai, geur, afleiding, angst,…) maar dit niet durven uit te spreken, kan dit tot (onderhuidse) spanningen en conflicten leiden en/of tot kampvorming op de werkvloer (hondenliefhebbers en anderen). Een transparante communicatie en een actieve bevraging van de betrokkenheid en het engagement van elkeen, voorafgaand aan het introduceren van de hond, zijn hierbij cruciaal. Op die manier krijgen medewerkers die met zorgen zitten een forum voordat de hond op kantoor wordt binnengebracht en kan er met deze bekommernissen actief rekening worden gehouden wanneer de hond start en/of besloten worden om geen hond als collega toe te laten. Eens de hond op de werkvloer aanwezig is, is het eveneens erg belangrijk om een systematische opvolging te voorzien waarbij er open kan gecommuniceerd worden tussen collega’s over de positieve effecten en de elementen die als storend worden ervaren. Zo kan het introductieproces van de hond verder worden bijgestuurd of verfijnd door het baasje en/of de werkgever. 
  • Alle betrokkenen dienen bereid te zijn via trial-and-error in dit project te stappen. Zelfs als de integratie van een kantoorhond goed voorbereid wordt en a priori positief gepercipieerd wordt door alle medewerkers, zullen er momenten zijn dat de verwachtingen van medewerkers onvoldoende of niet worden ingevuld. Ook hier is een open dialoog met als doel het proces te kunnen bijsturen waar cruciaal.  
  • Tot slot is het eveneens cruciaal dat het welzijn van de hond systematisch wordt  opgevolgd en dat ook hieromtrent gepaste acties worden genomen, indien nodig. Vraag hierbij is of managers of hondenbaasjes voldoende kennis hebben om hierop te anticiperen of te reageren en/of er externe expertise dient te worden binnengehaald in de organisatie om dit aspect te concretiseren. Nathalie denkt hier bijvoorbeeld aan initiatieven als www.kantoorhonden.be waarbij AAP VZW samen met KU Leuven onderzoekt of de kantoorhond die de organisatie wenst te introduceren past binnen de werkomgeving. Deze organisatie geeft eveneens advies omtrent verzekering, juridische omkadering en risico beheersing.

Naast de cultuur van de organisatie als belangrijke randvoorwaarde, is het eveneens  aangewezen om het binnenbrengen van een kantoorhond op de werkvloer goed voor te  bereiden. Belangrijke elementen hierbij zijn:  

  • Betrek alle medewerkers vooraf bij dit project, luister actief naar hun noden en  eventuele zorgen; 
  • Reflecteer over veiligheids- en hygiëne voorwaarden;  
  • Start klein. Laat de hond geleidelijk aan wennen aan zijn nieuwe collega’s en  omgekeerd. Start met een pilot, evalueer en stuur bij waar nodig;  
  • Creëer een duidelijke plek voor de hond. Kies bij voorkeur een plek waar de hond  goed tot rust kan komen. De hond moet makkelijk zelf bij het eten en drinken kunnen, zonder dat collega’s over de dekentjes, hondenkussens, bakjes enz. hoeven te  stappen; 
  • Wees erop voorbereid dat meerdere medewerkers de vraag om hun huishond te  mogen meenemen naar kantoor zullen stellen.  


Deel deze post
Labels
Aanmelden om een reactie achter te laten