Hoe Trojaanse muizen de bekwaamheid van het L&D-team vergroten

31 mei 2022 in
VOV lerend netwerk vzw
| Nog geen reacties

VOV woonde een aantal presentatiesessies bij tijdens Learning Technologies in Londen. Zo volgden we de sessie van onderzoekers Laura Overton en Shannon Tipton. Zij onderzochten in 2020 hoe L&D sterker uit de pandemie kon komen. Het antwoord? Experimenteren. Maar hoe doe je dat goed? En hoe vergroot het de bekwaamheid van het L&D-team?


De onderzoeksvraag die Laura Overton en Shannon Tipton zichzelf stelden niet lang na de uitbraak van de pandemie was: hoe raakt L&D hier sterker uit? Welke bold action kunnen L&D’ers nemen na COVID-19? Overton en Tipton definieerden bold als volgt: business first, open minded, leading & learning en deliberate (intentional, evidence informed).

Ze bevroegen zo’n 32 L&D-beoefenaars en denkers, wat de start betekende van een wereldwijde onderzoekreis van 18 maanden. Wat bleek? De mogelijkheid om te experimenteren (iets nieuw te proberen, snel te falen en nog sneller te leren) was een eigenschap die goed presterende L&D-teams gemeenschappelijk hadden.

De experimentenlens

Laura Overton en Shannon Tipton ontdekten tijdens hun onderzoek dat je L&D door verschillende lenzen kan bekijken. Een daarvan is de experimentenlens. Een lens die cruciaal is, maar vooral ook een lens die enorm veel onzekerheid met zich meebrengt.

Want hoe geef je jezelf de toestemming om iets nieuw te proberen wanneer werk en werknemers in beweging zijn? Hoe test je in deze context nieuwe dingen uit? En hoe begin je eraan?

Vertrouw op je buikgevoel, zeggen Laura Overton en Shannon Tipton. Dat gevoel dat je vertelt dat er ergens iets niet klopt wanneer je om een oplossing gevraagd wordt. Dat gevoel dat je doet afvragen wat het échte probleem eigenlijk is. En pak het daarna niet te groot aan.

Ook is het zaak om te kijken naar de data. Ondersteunen de data de vragen die je jezelf stelt? En wat denk je dat de mogelijke oplossing zou kunnen zijn? Giet deze in een hypothese en het experimenteren kan beginnen.

De anatomie van een goed experiment

Bij experimenten in het belangrijk om op het proces te vertrouwen, stellen Laura Overton en Shannon Tipton. Je kan je al snel verliezen in het werk, de tijd en de energie die experimenten met zich meebrengen. Daarom is het belangrijk om te beginnen met kleine experimenten, het testen van kleine stukjes van je hypothese. En dan te vertrouwen op het driedelige proces, ook als dat wil zeggen dat je opnieuw moet beginnen.

Dat proces deden de onderzoekers tijdens Learning Technologies gedetailleerd uit de doeken.

Ontdek: deel 1 van het proces

Vaak komen leidinggevenden, werkgevers of HR-professionals bij L&D’ers aankloppen met een probleem en de vraag om een cursus of opleiding in elkaar te boksen. Vanaf dat moment begint bij veel L&D’ers de race naar de oplossing.

Laura Overton en Shannon Tipton gebieden echter eerst te focussen op de vraag die beantwoord moet worden. Welke nood schuilt achter het probleem? Wat is er echt aan de hand?

Vaak zit de informatie die je zoekt in je buikgevoel. Of in dat van de vragende partij. Ze ‘denken’ of ‘vermoeden’ wat het probleem is. Dit is wat Overton en Tipton de doorknocker noemen: de reden waarom ze aan de deur komen aankloppen.

Vervolgens toets je dit probleem af aan de beschikbare data. Voer onderzoek uit en observeer om het probleem te toetsen aan de realiteit. Op die manier kan je de onderliggende vraag identificeren die mogelijk naar de oplossing leidt. Een vraag die je vervolgens in een hypothese giet.

Deel 1 van het proces gaat dus als volgt:
Wat is het probleem? - Identificeer de vra(a)g(en) die beantwoord moet(en) worden - Stel een hypothese op.

De hypothese: deel 2 van het proces

Een hypothese is een stelling die je toestaat om mogelijke oplossingen te testen. Deze komt voort uit de vraag die je vastgesteld hebt tijdens deel 1 van het proces en bestaat vaak uit een als-dan stelling. Zorg ervoor dat de hypothese breed genoeg is en geen concrete oplossing bevat. De hypothese bestaat om je te doen experimenteren, om te ontdekken wat de mogelijkheden zijn. Aldus Overton en Tipton.

Bijvoorbeeld: als L&D’ers zich observaties en experimenten in de werkomgeving zouden eigen maken, dan zouden ze nieuwe opportuniteiten ontdekken met een impact voor bedrijven en organisaties.

Het experiment: deel 3 van het proces

Laura Overton en Shannon Tipton raden aan om, in plaats van een groot experiment, verschillende kleine experimenten uit te voeren om de hypothese te testen.

Het lanceren van een pilot programma wordt door de onderzoekers bijvoorbeeld beschouwd als een groot experiment. Bij pilots wordt aangenomen dat de oplossing correct is en is het al te laat om te falen. Terwijl falen bij experimenteren net belangrijk is. Bovendien test je bij een pilot programma enkel de variabelen binnen de oplossing, zoals de timing, de lengte van het programma, hoe goed het werkboek is etc. Je gaat niet na of het de correcte oplossing is voor het probleem.

In plaats van te experimenteren met een pilot programma of een ander groot experiment, verwijzen Overton en Tipton naar het concept van Trojaanse muizen: veel piepkleine experimenten waaruit je wil leren in plaats van er iets mee te willen presteren. Trojaanse muizen spreiden bovendien het risico op falen. En ze ontspruiten uit de creativiteit van het L&D-team, dat zoveel mogelijk de vraag ‘wat als’ stelt. ‘Wat als we x of y proberen?’ Om er vervolgens mee aan de slag te gaan.

De 5 learnings van Overton en Tipton

Tijdens hun onderzoek naar het voeren van goede experimenten, kwamen Laura Overton en Shannon Tipton tot een paar conclusies:

  1. Trojaanse muizen vrijlaten is het vrijlaten van creatieve ideeën, wat op zich bevrijdend voelt.
  2. Experimenteren met Trojaanse muizen kan snel gaan.
  3. Het is belangrijk om je observaties te noteren in een notitieboek.
  4. Nieuwsgierigheid is essentieel.
  5. Jezelf de toestemming geven om te handelen is noodzakelijk.

Bovendien heeft experimenteren met Trojaanse muizen zo z’n voordelen, vonden ze:

  • Kleinschalige experimenten uitvoeren limiteert de risico’s;
  • Het voorkomt de race naar de oplossing;
  • Het voorkomt confirmation bias;

Tot slot: de anatomie van een experiment zit ‘m in het stellen van slimme vragen en het overwegen van (creatieve) alternatieven.


Deel deze post
Aanmelden om een reactie achter te laten